vrijdag 31 december 2010

Het venijn zit in de staart

Binnen minder dan 24 uur stappen we op het vliegtuig, hoog tijd voor een laatste berichtje vanop het noordelijk halfrond!

De laatste 2 weken hebben we nog wat van het mooie Belgische (cultuur-)landschap genoten, met onder andere een bezoekje aan het Magrittemuseum. Toen ik er nog woonde, was in Jette het woonhuis van de kunstenaar ingericht als museum, maar dat heb ik nooit bezocht. Daarom wilde ik graag nog even naar dit relatief nieuwe museum en dat bleek een goede keuze. Als je er ook heen gaat, huur dan wel even een audiogids, dan krijg je veel meer dan enkel de mooie plaatjes.

Ik had nog kaartjes weten te regelen voor een van de uitverkochte concerten van Ozark Henry in de Ancienne Belgique. Het was een bijzonder concert, want er werden uitsluitend liedjes gespeeld van de nieuwe cd - en hier en daar werd een bestaande hit in een nieuw jasje gebracht. Er waren dus weinig aha-momenten bij het publiek, waardoor bijna de hele zaal de hele avond stokstijf bleef staan luisteren. Blijft grappig, dat verschil tussen het Belgische en Nederlandse concertpubliek.

Tussen al deze belevenissen door hebben we ook nog een (voorlopig laatste) keer Kerst gevierd met familie, afscheid genomen van familie en vrienden, en alle zaken geregeld rondom de verkoop van het huis. Althans, dat dachten we.

Vanochtend kwam de bank met de mededeling dat we even 20.000 EUR voor moesten schieten voor de nota van de notaris. Dachten we alles rond te hebben, krijgen we dat op de valreep te horen! J. heeft zich eventjes heel kwaad gemaakt tegen de mevrouw van de bank, en 3 uur later hebben we een telefoontje gekregen dat het allemaal in orde gemaakt was. Een pak van ons hart, op dit soort verrassingen zitten we niet echt te wachten natuurlijk!

Zo meteen rijden we richting Schiphol, waar we zullen voorovernachten: we worden nl. al om 7u40 bij de incheckbalie verwacht. Voor diegenen die even zeker willen weten dat het allemaal goed gaat met onze vluchten, hierbij de vluchtnummers: SQ0323 (Amsterdam-Singapore), SQ0285 (Singapore-Auckland) en NZ0427 (Auckland-Wellington).

woensdag 15 december 2010

De afscheidstoernee: Gent

Voor mijn verjaardag had ik een Bongo-bon ontvangen. Deze bon gaf K. en mij recht op een eersteklas dagkaart voor de NMBS + een lunch/koffie/enz. in bar/restaurant naar keuze. Echter, aangezien de NMBS niet in Nieuw-Zeeland rijdt, hebben we hem hier in België gebruikt om een daguitstap naar Gent te doen.

Alle berichten over slechte organisatie bij het Belgische spoor ten spijt verloopt de treinreis vlot en comfortabel. Een bezienswaardigheid onderweg is al het geheel vernieuwde Centraal Station van Antwerpen. "Dan maar de grond in", moeten ze gedacht hebben: de sporen liggen op 3 verschillende niveaus, het laagste niveau een kleine 20 meter onder straatniveau, met een centrale hal waar je in een 'kolom' van een meter of 20 naar beneden kan kijken - heel bijzonder. Overigens wel niet altijd zo praktisch: als je aankomt op spoor 24 (niveau -2) en je moet 5 minuten later een trein halen op spoor 5 (niveau +1) moet je rennen en bidden dat er geen mensen voor je gaan stilstaan op de roltrappen.

Het historisch centrum van Gent met de Graslei
Afgestapt in station Gent-Dampoort wandelen wij op ons gemak richting het oude centrum van de stad. Het is nogal koud en guur, maar met wat inpakwerk is daar wel overheen te komen, en het zicht op de stad maakt het het meer dan waard. Gent heeft een van de best bewaarde historische binnensteden van West Europa, en je struikelt er dus werkelijk over de bijzondere uitzichten en gebouwen. K. en ik hadden van tevoren een routebeschrijving voor een stadswandeling uitgeprint, en hebben die ook gevolgd, maar ik moet zeggen dat het misschien niet eens nodig was, tenminste niet als je "de mooie plekjes" wilt zien: het is bijna onmogelijk in Gent om mooie plekjes te vermijden.

Halverwege onze rondwandeling komen wij een vegetarisch restaurant genaamd "Avalon" tegen. K. en ik zijn geen vegetariers, maar voor goed eten is niet altijd vlees nodig, dus gaan we binnen om te lunchen. Als soep vooraf was er pastinaak-pindasoep, wat echt goddelijk lekker blijkt te zijn. Als hoofdschotel neem ik een goeie verse vegetarische pasta, en K. het vegetarisch antwoord op de "mixed grill": een schotel met tofu, geroosterde pompoen, rode bietjes, rijst, diverse geblancheerde groenten, enz. Allemaal ontzettend lekker, een aanrader.

Het Lam Gods (bron: Wikipedia)
Het hart van het historisch centrum is het plein met de St. Baafskathedraal en het Belfort. De kathedraal is ook van binnen zeer de moeite waard. Een imposante kerk met mooie ramen, een gigantische en (naar moderne smaak) nogal protserig gedecoreerde preekstoel, meerdere imposante schilderijen van o.a. Rubens, en natuurlijk dé publiekstrekker van deze site: Het Lam Gods, een bijzonder 15e eeuws altaarstuk bestaande uit meerdere panelen, geschilderd door de gebroeders van Eyck. Iedere Belg kent dit stuk, dat als het meest magnifieke voorbeeld van de Vlaamse Primitieve schilderkunst geldt, ook omdat begin 20e eeuw een van de panelen (genaamd "De rechtvaardige rechters") op spectaculaire wijze gestolen is en nooit teruggevonden. Het verhaal hierachter leest als een boek van Dan Brown - lees het maar eens na op Wikipedia. Momenteel wordt het origineel (minus dat ene paneel dus) gerestaureerd, tegen betaling is het te bezichtigen. Achterin de kerk in een zij-kapel hangt echter ook een levensgrote reproductie van het stuk (ik moet eerlijk zeggen: om een of andere reden maken reproducties toch nooit dezelfde indruk - zelfs als je het niet direct doorhebt).


Na een paar uren door de stad slenteren en om elke hoek nieuwe ouwe gebouwen bewonderen begeven we ons richting een chocolade-bar genaamd "Quetzal", waar ze onder andere chocolade-fondue serveren. Het blijkt een hippe tent te zijn, met veel luidruchtige studenten en lounge muziek. Niet slecht, die choco-fondue - lekker veel fruit en vier verschillende soorten chocola om in te dopen. Het is wel dooreten want tegen het einde begint de chocola al te stollen. We krijgen nog een brownie mee voor "later".

Na nog wat rondkijken (o.a. op de onvermijdelijke kerstmarkt met Gluhwein, kristallen prullen en ander leuks) volgen we onze neus richting een van de vele cafés. We komen terecht in "'t Gouden Mandeke", een ouderwets gezellige kroeg in een Middeleeuws souterrain nabij het Groot Vleeshuis (zelfs de kroegen zijn hier monumenten). K. neemt een Tongerlo, ik een Charles Quint, een lekker zwaar donker bier. Naast ons zit een grappig Engels stel die duidelijk al enige tijd aan het bierproeven zijn - het smaakt ze precies wel. Nadat ze - enigszins onvast op de benen - de kroeg verlaten hebben wordt er in ieder geval op meerdere plekken in het café gegrinnikt.

We wandelen terug richting station Dampoort, onderweg nog even een frituur binnenduikend voor een frites met Andalouse (K. moet de bestelling doen, mijn tongval blijkt te Hollands voor de dame achter de toog) en eentje met mayonaise. Ze doen hier wel niet kinderachtig over de porties.

Voldaan in alle opzichten pakken wij de trein terug richting Brasschaat. Gent is met afstand het mooiste oude stadje van West Europa.

woensdag 8 december 2010

Het verhaal tot nu toe (deel 2)

Intussen logeren we weer enkele dagen bij K.´s ouders in de meest leefbare gemeente ter wereld van 2006: Brasschaat en is het tijd om het verhaal weer wat aan te vullen.

Nadat we het bericht hadden gekregen van onze PR, begon er weer een hele hoop regelwerk: het huis te koop zetten, een citytrip naar Londen om de visastickers in onze paspoorten te laten zetten, ... en uiteindelijk ook een datum prikken waarop we de Grote Oversteek zouden maken. Het einde van 2010 leek een logisch moment : K.´s contract liep af eind november en het gaf nog voldoende tijd om alles geregeld te krijgen en van alles en iedereen afscheid te nemen.

De vorige keer was de vlucht met Singapore Airlines (en de overstap in Changi Airport) zo goed bevallen, dat we ook deze keer voor hen gekozen hebben. Tussen Kerst en Nieuwjaar waren de tickets fors goedkoper, dus vandaar de keuze om op 31 december te vliegen.

Dus konden we ons dan gaan focussen op de zoektocht naar een baan (de zoektocht naar een huis begint op het moment dat we daar geland zijn; suggesties zijn welkom!). J. is degene met de meeste straight forward loopbaan en met de beste kansen op de arbeidsmarkt, daarom besloten we dat enkel hij zou solliciteren. Als ik een baan zou vinden in Invercargill en J. ergens in Auckland, zouden we namelijk een behoorlijk logistiek probleem hebben.

Om een lang verhaal kort te maken: na een uitgebreide sollicitatie bij een Nieuw-Zeelands bedrijf (en een meer dan aantrekkelijk job offer), heeft J. besloten om zelfstandig ondernemer te worden, sole trader heet dat in NZ. Dat betekent dat we ons kunnen vestigen waar we willen (hij gaat van huis werken), maar Wellington trekt ons het meest aan. Hier zou ik ook makkelijk aan een baan moeten kunnen komen, alhoewel ik reeds gewaarschuwd ben voor het feit dat "Kiwi experience" hier erg belangrijk is. Je kan een kei zijn in je vak en 8 jaar ervarig hebben, maar als je geen ervaring hebt in Nieuw-Zeeland, kom je niet aan de bak. Enfin, we zullen wel zien.

Op dit moment hebben we het huis verkocht (de notaris op "doet zijn ding" op 7 januari, maar de koopovereenkomst is getekend), de auto verkocht en al onze spullen zitten in de container op een schip richting Nieuw-Zeeland. Omdat het leven in een leeg huis niet aantrekkelijk leek, zijn we deze laatste weken aan het logeren bij vrienden en familie. Mooie manier ook om van iedereen afscheid te nemen, dus wie weet zien we je nog wel voor we in het vliegtuig stappen!

zaterdag 4 december 2010

Het verhaal tot nu toe (deel 1)

Een Middenmeerse achtertuin
Op dit moment zitten we in een sneeuwwit Middenmeer bij J.'s ouders, dus is het een ideaal moment om even op een rijtje te zetten hoe het allemaal zover gekomen is.

Het verhaal begint een aantal jaar geleden, ergens op het moment dat we vakantieplannen aan het maken zijn voor de zomer. Dan blijkt dat we allebei geen grote reizigers zijn; slechts 2 landen halen het "must do"-lijstje: Ierland en Nieuw-Zeeland. In 2007 hebben we een heerlijke wandelvakantie gedaan in Ierland (de Kerry Way), en in 2009 hadden we weer voldoende spaarcentjes bij elkaar om naar Nieuw-Zeeland te reizen.

Voor onze vakantie naar Nieuw-Zeeland hadden we het er al met elkaar over gehad, al grappend: "Als het een beetje bevalt op vakantie, dan blijven we gewoon meteen daar!". En of het een beetje beviel, onze reis in Aotearoa: de adembenemende natuur, de supervriendelijke mensen, de relaxte houding, het lekkere eten (en wijn) (en bier!), de rust, de uitgestrektheid,... het overtrof allemaal onze stoutste verwachtingen.

Eenmaal terug thuis, besloten we alles eerst even te laten bezinken. We waren allebei verliefd geworden op het land, maar tijdens zo'n vakantie zie je alles door een roze bril en leef je op een wolk, dus wilden we eerst een cool down periode inbouwen. Na een paar maanden gingen we dan toch maar eens een kijkje nemen op de website van Immigration NZ. Er bleken verschillende manieren te zijn om NZ binnen te komen, maar een Permanent Residence (PR) bleek de meest interessante optie. Als je eenmaal dit visum hebt, ben je echt een permanent inwoner van Nieuw-Zeeland, met zo goed als dezelfde rechten.

Als we het allemaal goed lazen, zou J. op basis van diploma en werkervaring zo'n PR kunnen krijgen, dus besloten we de eerste stap te zetten en een Expression of Interest (EOI) in te dienen. Om dat te kunnen doen, moesten we wel eerst bewijzen een mondje Engels te kunnen. Dus ergens in juni 2009 zijn we naar Utrecht gegaan om daar een IELTS-test af te leggen. J. bleek een " expert user" te zijn, ik ben slechts een "very good user"...

Na de EOI werden we uitgenodigd om alle documenten op te sturen: geboortecertificaten, diploma's, bewijs van het feit dat we meer dan 1 jaar samenwoonden, bewijs van J.'s werkervaring... Dit moest ook allemaal vertaald worden door een gecertificeerd vertaler, en er moesten ook nog X-rays en een bloedtest genomen worden. Ja, je moet er wel wat voor over hebben.

Omdat het opsturen met een koeriersdienst bijna evenveel kost als een vliegtuigticket, is K. dan ergens in november 2009 met het hele pakket naar Londen afgereisd, om daar alle documenten te overhandigen in het New Zealand House.

Tot op dit moment hadden we niemand anders verteld over onze plannen, omdat we zelf ook nog niet helemaal zeker waren. Begin 2010 waren we wel helemaal zeker van onze zaak, dus op dat moment hebben we onze familie en vrienden ingelicht. Terwijl zij van de schok aan het bekomen waren, zaten wij maar te wachten tot het moment dat ons dossier van de stapel gelicht zou worden.

Dat moment kwam er medio maart: de case officer wilde graag een telefonisch interview houden met J., dat is een standaardprocedure met mensen die nog geen werk hebben kunnen krijgen in NZ. In zo'n interview peilen ze of je een beetje voorbereid bent, of je gaat kunnen aarden in NZ, en of je een bijdrage gaat kunnen leveren aan hun economie. Blijkbaar voldeed J. aan alle eisen, want op 1 april (!) kregen we een mailtje met daarin het bericht dat we een Permanent Residence zouden krijgen.

De rest van het verhaal komt nog wel een ander keertje.